Elk project is een openruimteproject. Pleidooi voor een landschapsecologische aanpak — Sylvie Van Damme

Dat open ruimte belangrijk is, zal niemand vandaag nog ontkennen. De praktijk wijst echter uit dat het behouden, laat staan het uitbreiden ervan, geen evidentie is. In ons drukbevolkte en overbevraagde Vlaanderen zijn open ruimte en bebouwing immers twee communicerende vaten: wil je meer van het ene, dan heb je minder over van het andere. Maar het kan ook anders.

Het Meerjarenprogramma 2017-2020 van de Vlaamse Bouwmeester1 blokletterde als eerste strategisch doel: ‘Anders ontwerpen en bouwen voor meer levenskwaliteit en open ruimte.’ Die aandacht van een Vlaamse Bouwmeester voor open ruimte is niet nieuw. Ook voor b0b Van Reeth, Marcel Smets en Peter Swinnen was het helder: goede archi­tectuur weeg je holistisch af ten opzichte van alle omgevings waarden en bouw je in een bredere ruimtelijke, landschappelijke en sociale context. Meer nog dan zijn voor­gangers zet Vlaams Bouwmeester Leo Van Broeck open ruimte en ecologie expliciet op de eerste plaats. Met ‘ruimtelijke nederigheid’ als grondhouding, en gaandeweg ook steeds meer aandacht voor de klimaatopgave, ijvert hij voor open ruimte als een duurzaam en publiek goed. Aandachtspunten in het Meerjarenprogramma zijn – in die volg­orde – het inzetten op samenwerking voor meer aaneengesloten open ruimte en het projectmatig bevorderen van verdichting en kernversterking.

Lees verder >