Het misverstand van de eeuw. In gesprek met Vlaams Bouwmeester Leo Van Broeck — Joeri De Bruyn

Het mandaat van Vlaams Bouwmeester Leo Van Broeck was woelig. Meer dan andere Bouwmeesters trad hij in de publieke arena. Hij gaf honderden lezingen in het hele land, produceerde een film en trad geregeld op in de media, wat niet zelden leidde tot ­polemiek en controverse. Dat is wat voor de schermen gebeurde. Achter de schermen heeft Leo Van Broeck onmiskenbaar zijn stempel gedrukt op de al rijke traditie van het bouwmeester­schap. Nieuw gecreëerde instrumenten tonen de ambitie om een ommekeer te maken in de problematische Vlaamse ruimtelijke ordening. Een terugblik op vier jaar bouwmeesterschap.

Open ruimte

Wat ik interessant vind aan het bouwmeesterschap is dat iedere Bouwmeester ­voortbouwt op wat de voorgaande heeft doorgegeven. Tegelijkertijd legt iedere Bouwmeester zijn eigen accenten. Na twintig jaar is er een rijke traditie gevestigd. b0b Van Reeth heeft het instituut uit de grond gestampt, hij heeft de Open Oproep in het leven geroepen en heeft een fundamenteel discours over duurzaamheid in de aandacht gebracht. Marcel Smets legde de klemtoon op stedenbouw, landschap, infrastructuur, publieke ruimte. Hij was ook de Bouwmeester die gezorgd heeft voor de kwaliteit van de inhaaloperatie in de scholenbouw, waarvan we nu pas echt de resultaten kunnen zien. Peter Swinnen was in mijn ogen de Bouwmeester van het fundamenteel onderzoek en het experiment. Hij heeft instrumenten zoals LABO RUIMTE en de Pilootprojecten in het leven geroepen. En jij, als vierde Bouwmeester, hebt ons gewezen op het belang van open ruimte, natuur en ecologie. Dat is eigenlijk heel bijzonder, want nu spreekt de Bouwmeester zich uit over de niet-bebouwde ruimte. Waarom die focus? Treed je daarmee niet buiten je kerntaken, zoals sommigen beweren?

Correctie. Ik ben de vijfde Bouwmeester. Je vergeet Stefan Devoldere. Hij was eerst adjunct Bouwmeester en is nadien waarnemend Bouwmeester geworden. Zijn verdienste is dat hij het bouwmeester-schap doorheen de storm die na het ontslag van Peter Swinnen ontstaan is, overeind heeft gehouden. Het instituut stond op de helling. Er was sprake van om het af te schaffen. Stefan Devoldere heeft in alle discretie en heel diplomatiek het ambt in leven gehouden, en dus verdient hij de volwaardige naam van Bouwmeester. 

Maar om op je vraag te antwoorden, ik ben helemaal niet buiten mijn kerntaken getreden. Wat ik verkondigd heb, is dat het belang van mijn kerntaken al decennia-lang, zo niet eeuwenlang, onderschat wordt. De impact van onze ruimtelijke ordening op het ecologische systeem is veel groter dan de impact van onze uitstoot. Het -ecologische probleem van vandaag is niet alleen de klimaatopwarming, maar wel de ineen-storting van de ecosystemen op aarde. 

Lees verder >