Wonen is altijd al een collectief gebeuren geweest. Door samen te wonen boekt men sociale, financiële, ecologische en ruimtelijke winsten. De voorbije zeventig jaar is de Vlaamse wooncultuur sterk geïndividualiseerd. Het resultaat zijn eindeloze lintbebouwingen en ruimteverslindende verkavelingsmodellen. Het model van individueel wonen heeft vandaag zijn limieten overschreden. De Pilootprojecten plaatsen het ‘collectieve voordeel’ op de agenda. Het gaat om niets minder dan het opnemen van een cruciale maatschappelijke verantwoordelijkheid.
Voorafgaandelijk aan de huidige ontwikkelingsfase van de Pilootprojecten Collectief Wonen schoven de minister van Wonen en Steden en de Vlaams Bouwmeester vijf cruciale collectiviteitswinsten naar voren.
Een effectieve vernieuwing van de woningmarkt
We moeten de uitdagingen voor de woningbouw aanpakken met vernieuwde types van woningproviders, de ontwikkeling van een kwalitatief aanbod aan huurwoningen en het faciliteren van ontwikkelingsmogelijkheden voor collectief opdrachtgeverschap. In het buitenland bestaan sterke voorbeelden van alternatieve, geprofessionaliseerde wooninitiatieven zoals bouwgroepen, coöperatieven, cohousingprojecten of CLT’s. In Vlaanderen hebben ze nauwelijks ingang gevonden.
Betaalbaar wonen
Betaalbaar wonen is een basisconditie, maar niet altijd een realiteit. Betaalbaar wonen kunnen we realiseren door collectief te bouwen en te wonen. Het intelligent schakelen van wooneenheden, het groeperen of delen van recurrente functies (zoals tuinen en utilitaire ruimtes), het deels of volledig uitschakelen van grondverwerving bij de aankoop van een woning: het zijn allemaal manieren om door middel van collectiviteit de prijzen te drukken en tegelijkertijd een fundamenteel hogere woonkwaliteit aan te bieden. Collectief wonen kan daarenboven, door zijn kritische massa, het energieverbruik en de ecologische belasting drastisch reduceren.
Een gegarandeerd en genereus verblijf
Samenleven in een collectieve woonvorm biedt een grotere garantie op levenslang en aangepast wonen. Daarvoor hoeft men niet noodzakelijk eigenaarschap na te streven. Collectief wonen kan een van de waardevolle en efficiënte antwoorden zijn op de aankomende vergrijzingsgolf. Daarnaast kan het bewoners toegang verschaffen tot gemeenschapsbevorderende faciliteiten die men zich als individueel gezin nooit zou kunnen veroorloven. Denk aan een collectieve hoogrendement energie-installatie, gemeenschappelijke sportinfrastructuur of een grootschalige tuin.
Getemperde maatschappelijke kosten
Door collectief te wonen – en dus kwaliteitsvol te verdichten – kunnen we de druk op infrastructuur en voorzieningen, zoals wegen, rioleringen, nutsvoorzieningen en openbaar vervoer, sterk reduceren. Vandaag besteedt Vlaanderen meer dan 60% van zijn milieubudget aan de aanleg en het onderhoud van rioleringsnetwerken. Vergelijkbare disproportionele cijfers zijn er voor mobiliteit.
Weefselversterkend en landschapssparend
Door zijn kritische massa kan collectieve woningbouw een wezenlijk verschil maken in de ruimtelijke ordening. Het clusteren van wooneenheden (zowel nieuwbouw als reconversie) kan de zeer lage dichtheid van het Vlaamse bebouwde weefsel opvoeren. Woonuitbreidingsgebieden hoeven niet zomaar en ongenuanceerd aangesneden te worden. Landschappen hoeven niet letterlijk dichtgebouwd te worden. Intelligent collectief wonen produceert essentiële publieke ruimte en vrijwaart de nog resterende landschappen.